Het was al donker toen ik in 2006 in India op het vliegveld landde voor een reis door Rajasthan. Onderweg naar het hotel kwam Delhi meteen als een mokerslag binnen. Overal lagen mensen langs de weg, slapend of voor zich uit starend. Het was bij sommigen onduidelijk te zien of ze levend waren of niet. De taxi stopte voor een verkeerslicht en meteen klopte een vrouw met een klein kind op haar arm op de ruit van de portier en liet de wond op het been van haar kindje zien terwijl ze om geld bedelde.

De hele reis bleef een achtbaan van emoties en ervaringen. Van prachtige tempels die we bezochten en vrouwen in mooie gekleurde sari’s tot sloppenwijken waarvan de ‘huizen’ uit niet meer bestonden dan een paar stokken met een vuilniszak als dak. Overal in India is geluid, heel veel en heel hard geluid. Claxonnerende auto’s en riksja’s, gebedsgezang en schreeuwende mensen. Overal in India is geur. De stank van koeienpoep, de geur van wierook, de geur van curry’s en de stank van afval. En het is er druk, heel druk. Al je zintuigen worden continu overprikkeld.

Dertien jaar later ga ik terug. Ik ga terug om te fotograferen. In Delhi, Calcutta en Varanasi. Op een of andere manier blijft het land me boeien en met een dubbel gevoel ga ik er weer naartoe.

Aangekomen in Delhi zie ik vooruitgang. Het is er minder vuil. (Let wel: voor onze begrippen nog steeds smerig en overbevolkt met een dikke laag smog). Weer is het land veel, vermoeiend, druk en chaotisch. Mijn camera echter draagt bij aan het anders kijken naar het land. Ik laat het idee los dat het anders en beter zou moeten. Armoede fotograferen is heel gemakkelijk, daar zie je meer dan voldoende van. Ik besluit echter te concentreren op de levensstijl van de bewoners en de dynamiek van de bezochte plekken en met een meer antropologische blik naar het land te kijken. Niet oordelen maar meer van de manier van denken en geschiedenis proberen te achterhalen.

Mijn verwarring gaat langzaam over in fascinatie en India, hoe vermoeiend, shockerend en vreemd het land ook is, laat me niet meer los.